Onder mij

Monday, December 18, 2006

Ik en gezelligheid

Een klein theater.
Achteraan een klein, houten balkonnetje, trappen langs de zijkant.
In een achterhoek een toogje, die elke keel van de nodige olie voorziet, publiek of artiest, de toog maakt geen onderscheid.
Je komt binnen in de hoek onder dit balkonnetje, klanken komen je tegemoet. Het is een muziekant die, samen met enkele vrienden, vooraan op het toneel zelfgeschreven nummers brengt. Moderne kleinkunst met hier en daar even een brug naar de 'moderne' muziek. Het recept: 'Yann Tiersen met een snuifje Daan en, als je je smaakpapillen de vrije loop laat, proef in de nasmaak een even Wim Opbrouck'. Er hangt een dikke lucht, dunne mist waarmee een deel van het publiek poogt wat sfeer te scheppen.
Aan de zijkanten en de achterkant staan de mensen. Vooraan en in het midden wordt er gezeten. Ook ik zit. Ik zit te midden van hen allen en doe even niet meer mee. Ik zit er en sta even langs de zijlijn mee te kijken. Ik zie een sliert mist voorbij glijden. Ik hoor een streepje muziek terwijl ik het verleden inhaleer dat door dit theater wordt uitgeademd. Ik voel een stoot tegen mijn rug en zie langs me druk converserende mensen. De muziekant doet nog een laatste zegt hij in de micro.
Ik sta langs de zijlijn, sla alles op en speel het nu weer af

Sunday, December 03, 2006

het boek of de taal

Waarom is het zo moeilijk?

Is er nu niemand die er in slaagt een ideaal boek te schrijven, zo met elke stap precies uitgelegd, liefst met voorbeelden.
Tuurlijk, ja, er zijn er al heel wat gepasseerd, met titels als 'gegarandeerd succes' of 'hoe dat hart voor je te winnen'. En telkens, telkens weer werd het verkocht hoewel de massa wist dat het maar honing was. Honing om hen even zoet te houden, tot ze het zelf merkten, het deksel op de neus kregen en dan waren ze terug bij af.
Neen, in zo'n boeken geloof ik niet. Het moet klein zijn, met blanke kaft, en zich aanpassen aan elke lezer. Dat moet het zeker, zich aanpassen, aan de lezer en zijn vragen. Tot doel moet het hebben een hulp te zijn, geen geld gewin of goedkoop schrijfsel.
WAAROM is er op heel deze aardbol met miljarden mensen, niet één persoon, die dit boek kan schrijven? We kunnen naar de maan reizen, doden terug tot leven brengen, lammen terug laten lopen, maar niemand kan voor dit boek zorgen.
Nu zijn we allen op ons zelf aangewezen, op improvisatie, de omstandigheden, het moment.


Er zou ook voor een gemeenschappelijke taal, zowel lichamelijk als gesproken,gekozen kunnen worden. Als iedereen deze nu eens perfect zou spreken, zonder mogelijkheid voor persoonlijke improvisatie, zou het probleem ook opgelost zijn. Maar neen hoor, nu doet de ene dit maar bedoelt dat of zegt dit en bedoelt dat. En dan zeg jij dit en bedoel je ook dit, maar denkt de ander dat jij dat bedoelt in plaats van dit. Zoek het dan maar eens zelf uit.

Nu zit ik hier, op zoek naar inspiratie voor die verdomde improvisatie, terwijl ik denk over het gepaste moment of de omstandigheid.